Ik ontmoet Hugues De Pra op een prachtige, zonnige herfstdag bij de houtzagerij Hontoir & Fils Scierie in Faulx les Tombes, in de provincie Namen. Terwijl ik wacht, zie ik hem arriveren met zijn auto volgeladen: een koffer, eikenplanken en zelfs een houten wijnvat. Met een charmant Frans accent begint hij direct te vertellen over de geboorte van Barwal.


Drie jaar geleden wist u nog niet hoeveel hout u moest inkopen. Hoe begon het avontuur precies?
Hugues De Pra: We kwamen in contact met de houtzagerij Scierie Hontoir. Zij adviseerden ons over het hout, de ‘kaviaar van het eiken’ die we ‘merrain’ noemen. Dat is superduur. We zijn gestart met twintig vaten, nu zijn het er dertig en volgend jaar verdubbelen we. Tonnelerie de Champagne, die ook met ons samenwerkt, had al een band met Scierie Hontoir. Wij ontmoetten hen toevallig en ontdekten dat we dezelfde filosofie hadden. Zo is het begonnen. Grappig detail: ik woon in Folx les Caves en we zijn hier in Faulx les Tombes.
U bent Barwal met z’n tweeën gestart?
HD: Ja, met Didier Mattivi en ik. We zijn allebei ingenieurs van dezelfde universiteit en delen een passie voor wijn. Ik heb veel ervaring met proeven en heb kennis opgedaan in Italië. Ik zat ook in de jury van de selectie voor de beste Belgische wijn en was betrokken bij het Belgisch en Europees kampioenschap proeven. Didier en ik zijn allebei half Italiaans. Didier is hobbymatig met hout bezig en vroeg zich af: kunnen we Belgisch eiken gebruiken voor vaten? Hij ging naar de oud-associatie van België, en zij zeiden ‘ja’. De rest is geschiedenis.



Van boom tot vat
U neemt me mee om het proces te zien, van boom tot wijnvat. Waar beginnen we?
HD: De bomen komen uit het zuiden van België. Slechts 1 tot 5 procent van deze bomen is geschikt, maar die zijn dan ook perfect. We maken hier een extra selectie, want alleen de topbomen kunnen we gebruiken voor een vat of een foudre. De bomen moeten we tot duigen, of ‘douelles’, transformeren. Dat proces heet overigens merranderie.
Hoe maakt u die duigen?
HD: Er zijn twee manieren. Voor de vaten moeten we het hout splijten met een machine, niet zagen. De ruwe houten plank noemen we ‘merrain’, wat staat voor de kwaliteit én het product zelf. We nemen een stuk van een boom, 1,10 meter lang, en de machine – een Fendeuse – splijt het in twee stukken. Daarna zagen we er twee of drie planken uit. Voor foudres, dat zijn grote vaten van 1000 liter of meer, zagen we de beste bomen direct. Vaten hebben een dikte van 27 mm, voor een foudre is dat 60 mm. Dikker en beter dus.
En dan?
HD: Dan leggen we de planken drie jaar buiten, zodat ze drogen en de elementen hun werk kunnen doen. Zon, wind en regen wassen als het ware de groene tannines uit het eiken, waardoor ze verzachten. We kiezen voor drie jaar in plaats van twee, omdat we alleen de allerbeste kwaliteit willen. Dit betekent ook dat we meer moeten investeren.



Lokaal, authentiek en digitaal
Waarom is de herkomst van het eiken zo belangrijk voor u?
HD: Omdat het lokaal is en een verhaal heeft. Belgisch eiken geeft een andere smaak dan Frans eiken. Dit hebben we laten proeven door specialisten, en de conclusie was duidelijk: andere tannines, andere smaken en een andere dynamiek in de opvoeding van de wijnen. Het kan heel spannende resultaten geven en is een uitdaging voor onze lokale wijnmakers. Het geeft een nieuwe impuls aan de Belgische wijnwereld! We zien onze ‘klanten’ ook als partners, met wie we dit verhaal willen vormgeven.
Hoe zorgt u voor de toasting?
HD: Wij doen wat de wijnmaker vraagt: licht, medium of zwaarder. We gebruiken vuur twee keer: een keer voor de vorm van het vat en een keer voor de gewenste toasting. Wij gebruiken de ‘authentique toasting’ met een zachter vuur, wat langer duurt, zodat het vuur dieper in het hout kan trekken.
U noemde ook iets over traceerbaarheid. Hoe werkt dat?
HD: Dit is in een notendop het proces van boom tot vat. Maar bij Barwal willen we de levenscyclus van een vat maximaal maken. Daarom plaatsen we een QR-code op de vaten. Hiermee kunnen we het hele verhaal van het vat vertellen: waar het is gemaakt, de afmetingen, de toasting, voor welke klant. De code toont in welk jaar welke wijn erin is opgevoed, en zo kan het vat van de ene naar de andere eigenaar en sector gaan. Van wijn naar gin, dan naar whisky en uiteindelijk naar een bierbrouwerij. Na zo’n twintig jaar wordt het vat ‘dood’ en gaat het van de voedingssector naar de decoratie. Wij kunnen die hele levenscyclus volgen.


Waarom is dat zo belangrijk?
HD: Een mooie eik wordt wel 150 jaar oud. We willen niet dat zo’n boom maar drie jaar wordt gebruikt. Dankzij ons digitale platform met het certificaat achter de QR-code, kunnen we de eigenaar garanderen wat er met het vat gebeurt. Dit is uniek, want in de ‘normale’ wereld krijgt men een vat zonder te weten wie de eigenaar was. Chateau d’Yquem verwijdert bijvoorbeeld direct alle logo’s van de vaten die worden doorverkocht, omdat ze geen controle hebben. Wij kunnen dat nu wel garanderen.
Dus de toekomst is lokaal en digitaal?
HD: Precies. We hebben topkwaliteit bomen en willen een tonnellerie hier in België starten. Geen industriële kuiperij, maar een met vakmensen. We willen eerst meer samenwerken met Tonnellerie de Champagne en hopen binnenkort hier in Namen te starten met een ontvangstruimte voor presentaties en proeverijen. Stap voor stap groeien, en onze toekomst wordt: lokaal en digitaal.


Meer weten over de unieke Belgische vaten? Check www.barwal.be

